Bijna alle Europeanen hebben de chemische stof Bisfenol A (BPA) in hun lichaam, afkomstig uit voedselverpakkingen. Dit blijkt uit recent onderzoek van het Europees Milieuagentschap (EMA). BPA verstoort het hormoonsysteem en vormt daardoor een gezondheidsrisico. De bevindingen wijzen op een zorgwekkende blootstelling aan BPA onder Europeanen, met mogelijk schadelijke gevolgen voor de gezondheid.
Bevindingen over de Europese blootstelling aan BPA
Het EMA komt tot deze conclusie op basis van het recente onderzoek Horizon 2020, bekend als HBM4EU, waarbij ze chemicaliën in het lichaam van Europeanen hebben gemeten.Opvallend was dat Bisfenol A in de urine werd gedetecteerd bij maar liefst 92 procent van de volwassen deelnemers uit 11 Europese landen. Dit geeft aan hoe wijdverspreid de blootstelling aan deze potentieel schadelijke chemische stof is onder de Europese bevolking.
Volgens toxicoloog Greet Schoeters, die heeft meegewerkt aan het onderzoek, hadden de meeste proefpersonen tot zelfs 1.000 keer meer BPA in hun urine dan de recent verstrengde Europese norm. Dit roept vragen op over de veiligheid van deze chemische stof en de mogelijke gezondheidsrisico’s.
Bisfenol A (of BPA) is een synthetische stof die wordt toegevoegd aan kunststoffen, waaronder plastic flessen, drinkbekers, verpakkingen voor drank en voeding, evenals epoxyharsen voor metalen drankblikjes en medisch materiaal zoals tubes en spuiten. Het staat bekend als een weekmaker, waardoor kunststoffen minder hard worden. Deze stof wordt in diverse consumentenproducten gebruikt, maar de focus ligt voornamelijk op voedsel- en drankverpakkingen.
Opmerkelijke verlaging van de Europese norm
Europa heeft in april de norm voor de aanvaardbare dagelijkse inname van Bisfenol A drastisch verlaagd, met een factor van 20.000 vergeleken met de voorgaande norm. Deze strengere norm is het resultaat van dierenproeven die aantonen dat BPA schadelijker is dan eerder werd gedacht. Zelfs bij uiterst lage niveaus zijn er al effecten op het afweersysteem waar te nemen, zij het in de vorm van subtiele veranderingen.
Toxicoloog Jan Tytgat van de KU Leuven benadrukt dat bepaalde concentraties BPA hormoonverstorend kunnen werken, wat vruchtbaarheidsproblemen en negatieve effecten op het immuunsysteem kan veroorzaken, hoewel dit niet noodzakelijkerwijs tot ziekte leidt.
Manieren om blootstelling te beperken
Om blootstelling aan Bisfenol A te verminderen, kunnen consumenten voorzorgsmaatregelen nemen, zoals het vermijden van voedsel en dranken die zijn opgeslagen of opgewarmd in plastic verpakkingen waarin BPA kan voorkomen. Het gebruik van alternatieve materialen zoals glas of roestvrij staal voor voedselopslag kan ook bijdragen aan het verminderen van blootstelling aan deze schadelijke stof.
Onderzoek naar alternatieven
Het is aan Europa om te bepalen in hoeverre BPA uit consumentenproducten moet worden geweerd, ondanks de nuttige eigenschappen ervan voor de industrie. Ondertussen werkt de KU Leuven aan een alternatieve molecule voor BPA die geen negatieve impact heeft op de gezondheid en het milieu. Dit onderzoek bevindt zich momenteel nog in de laboratoriumfase. De recente studie benadrukt de noodzaak van blijvend onderzoek en regelgeving om onze gezondheid te waarborgen.